(foto: Steffany, Flickr)
Dit artikel is met toestemming overgenomen van Bodhi.
Je innerlijk kind reist je hele leven mee
Of je nu oud of jong bent: in ieder van ons huist een springlevend innerlijk kind. Dat onbewust een grote rol in ons leven kan spelen. Hoe maak je die invloed meer bewust? Laura ging op zoek naar haar innerlijk kind.
Ruik je ook wel eens je eigen angstzweet, omdat je iets voor het eerst doet en toevallig geen Pippi Langkous heet? Het overkomt mij als ik aan dit artikel werk. Als freelance tekstschrijver heb ik nog niet zo vaak voor Bodhi geschreven. Zou ik wel goed genoeg zijn, speelt het door mijn hoofd. Krijg ik het wel op tijd af? Ook bij het benaderen van mijn boeddhistische leraren voor een interview ervaar ik spanning. Ongewild kijk ik toch een beetje tegen hen op.
Is het nou echt nodig om regelmatig bij het kind in jezelf stil te staan?
Zo kom ik bij het maken van dit artikel mijn angst om te falen volop tegen. Of is het de onzekerheid van mijn innerlijk kind? Want als ik dieper kijk, merk ik de overtuiging op van een klein meisje: dat haar waarde of zelfs bestaansrecht afhangt van hoe de buitenwereld op haar reageert. Misschien omdat ik me als gevoelig kind niet altijd op mijn plek voelde en me leerde richten op wat anderen van mij verwachtten.
Zo’n vijftien jaar geleden hoor ik voor het eerst over het bestaan van een innerlijk kind tijdens een retraite. Er gaat een wereld voor me open, diep van binnen resoneert het. Tegelijkertijd heeft omgaan met zo’n innerlijk kind iets abstracts. En eerlijk gezegd ook iets ongemakkelijks, het roept weerstand op. Is het nou echt nodig om regelmatig bij het kind in jezelf stil te staan? En hoe doe je dat dan?
Open hart
In de traditie van mijn zenleraar Thich Nhat Hanh kom ik het innerlijk kind regelmatig tegen. Hij schreef er zelfs een boek over: Verzoening. Op de eerste bladzijde lees ik een mededeling die mij enigszins geruststelt: in ieder van ons leeft een gekwetst innerlijk kind. In onze jonge jaren zijn we namelijk kwetsbaar, al hebben we nog zulke liefdevolle en zorgzame ouders. Een strenge blik van onze vader of een stevig woord van onze moeder kan een wond veroorzaken in ons hart, schrijft Thich Nhat Hanh. Daar komt bij dat we deze gevoelens als kind niet of moeilijk onder woorden brengen – als er al naar geluisterd wordt. Zo slaan ze zich op in ons onderbewustzijn.
De wereld kan hard binnenkomen bij een kind, benadrukken ook Wim Heusinkveld en Ida te Lindert van De Kleine Maanhoeve. Vanuit hun achtergrond als respectievelijk zenleraar en transpersoonlijk therapeut geven zij retraites die geïnspireerd zijn op de traditie van Thich Nhat Hanh, ook over het innerlijk kind. “Het hartje van een kind staat van nature wagenwijd open,” zegt Wim. “Daardoor schrikt het sneller.” Loopt een kind vaker dezelfde kwetsuren op, dan ontwikkelt het een manier om zich tegen deze pijn te beschermen. Zo ontstaan de zogenaamde overlevingsmechanismen.
Als volwassene hebben we de neiging om hard weg te rennen van pijn, ook die vanuit onze kindertijd. Het blijkt alleen dat deze strategie niet werkt. Het innerlijk kind zit immers in ons en zal blijven aankloppen om onze aandacht te trekken, schrijft Thich Nhat Hanh. In plaats van negeren of wegduwen, heeft het juist onze liefde en zorg nodig. “Als het zich moet verstoppen, kan het niet helen,” zegt ook Ida te Lindert. “Een kind is alleen maar een kind. Dat doet nooit iets fout.”
De zaadjes in ons onderbewustzijn
Hoe weten we dat emoties die we nu ervaren, te maken kunnen hebben met ons innerlijk kind van toen? Doorgaans hebben we daar immers geen flauw benul van. Het boeddhisme maakt dit inzichtelijk met een uitleg over de werking van ons bewustzijn. Thich Nhat Hanh laat zien dat emoties als angst, verdriet en vreugde als zaadjes opgeslagen liggen in ons onderbewustzijn. Daar blijven ze rustig sluimeren tot we iets horen, zien of denken dat zo’n zaadje in ons aanraakt. Dan schiet het omhoog in ons actieve bewustzijn in de vorm van een emotie. Door met mindfulness bij deze emotie aanwezig te blijven, kunnen we inzicht krijgen in de onderliggende oorzaak. In sommige gevallen komen we erachter dat het gewonde kind in ons een belangrijke rol speelt. Bijvoorbeeld doordat er beelden uit onze kindertijd naar boven komen.
Emoties als angst, verdriet en vreugde liggen als zaadjes opgeslagen in ons onderbewustzijn.
Soms gaat hier een lange periode van beoefening aan vooraf. Dat vertelt de monnik Thay Phap An tijdens een retraite bij het European Institute of applied Buddhism (EIAB) in Duitsland. Hij deelt er over de indrukwekkende heling van zijn eigen innerlijk kind. Thay Phap An groeide op in Vietnam tijdens het hoogtepunt van de oorlog. Als vierjarig jongetje moet hij bij aanvallen op zijn dorp zijn huis ontvluchten. Bij terugkomst treft hij afgebrande huizen aan, dode mensen langs de weg en kogelgaten in zijn huis. Later krijgt hij als succesvol student last van depressieve gevoelens. Ook lijdt hij aan migraine die steevast rond een uur of vier opkomt.
Na zijn intreden als monnik in het klooster van Thich Nhat Hanh, begint hij te mediteren op zijn gevoelens van verdriet. Op een dag ziet hij het beeld van zichzelf als jong kind dat uit angst voor militairen in een kast kruipt om zich te verstoppen. Op dat moment besluit het jongetje: er is geen toekomst voor mij. In deze wereld wil ik niet opgroeien. Een diepe overtuiging die zich vastzet in zijn onderbewustzijn.
Spelen is helen
Zowel de retraites als het boek Verzoening bieden naast theorie ook veel praktische handreikingen om met de pijn van ons innerlijk kind om te gaan. Je zou het misschien niet verwachten, maar op nummer één staat: spelen. Wim Heusinkveld en Ida te Lindert beginnen hun retraites rond dit thema steevast met spelletjes. Knikkeren, touwtjespringen, hinkelen, kinderliedjes zingen… alles om het kind in ons tot leven te wekken. Ida: “We gaan bewust niet gelijk de zwaarte in, die voelen mensen vaak zelf al rond dit thema. Door eerst de lichtheid uit te nodigen, krijg je een andere energie rond het innerlijk kind. Daardoor mag het er meer zijn.”
Ook Thich Nhat Hanh schrijft een dosis lichtheid voor als eerste stap op weg naar heling. Het voeden van onze innerlijke zaadjes van geluk, noemt hij het. Maak je bijvoorbeeld een mooie boswandeling, of zie je een prachtige zonsondergang, dan kun je je innerlijk kind uitnodigen om daar samen met jou van te genieten. “Zo transformeren we de zaadjes van lijden op een indirecte manier.” Ook voelen we ons daardoor steviger, zodat we minder snel overweldigd raken wanneer pijnlijke emoties opkomen.
Liefdevol omarmen
De tweede stap is mindfulness. Door in ons dagelijks leven te oefenen met aanwezig zijn, kunnen we onze zaadjes van lijden makkelijker herkennen wanneer die oppoppen. Een andere manier is om ervoor te gaan zitten en de pijn uit onze kindertijd bewust uit te nodigen. Door er in het heden met onze liefdevolle aandacht bij aanwezig te zijn, krijgt de pijn alsnog een kans om te helen. Thay Phap An ontwikkelde er een speciale meditatie voor. “De sleutel is dat we de pijn omarmen met onze eigen liefde. Niet met de liefde van iemand anders.” Een krachtige techniek, die hij aanraadt om regelmatig te herhalen. Tijdens zo’n meditatie kun je bijvoorbeeld tegen jezelf zeggen:
Ik adem in en ik voel de pijn van het kleine kind in mij
Ik adem uit en ik omarm het met al mijn eigen liefde
In gesprek met je innerlijk kind
Tot slot kunnen we in gesprek gaan met ons jeugdige zelf. Laat het kind vertellen waar het last van heeft. Als volwassene kun je het vervolgens geruststellen. Dat je nu in staat bent voor hem of haar te zorgen, dat je het niet meer alleen zult laten. Thich Nhat Hanh raadt aan om hier dagelijks vijf of tien minuten voor in te ruimen. Zo gaat het kind zich veilig voelen en geef je het de erkenning die het volgens Ida te Lindert zo nodig heeft. “Ach, wat heb je het zwaar” – kun je bijvoorbeeld zeggen. Doe oude reactiepatronen van jezelf dus niet af als ‘aanstellerij’ of ‘kinderachtig’. “Ik zou liever spreken van ‘kind-achtig’”, zegt Ida. “Of zelfs: kind-achting!”
Als volwassene kun je je innerlijk kind geruststellen.
Wim Heusinkveld ging voor het eerst in gesprek met het kleine jongetje in zichzelf tijdens een retraite rond dit thema in Plum Village, een klooster van Thich Nhat Hanh in Frankrijk. Opeens ziet hij in: thema’s waar hij in zijn volwassen leven tegenaan loopt, hebben met zijn innerlijk kind te maken. “Ik merkte dat die kleine Wim het vaak lastig had. In de hectiek van een groot gezin op een drukke boerderij sneeuwde hij onder. Daardoor kreeg hij het idee dat hij niet de moeite waard was – dat is voor een kind bedreigend. Op de laatste retraitedag heb ik een paar meditatiekussens op schoot genomen en beloofde hem: ik zal voor de rest van mijn leven voor je zorgen.”
Compassie voor imperfecte opvoeders
Moeten ouders van jonge kinderen nu op hun tenen lopen, om te voorkomen dat hun kroost in de opvoeding langdurig gekwetst raakt? Ida te Lindert is daar nuchter over. Perfecte ouders bestaan immers niet. Ze wenst die zelfs niemand toe! “Aan perfecte ouders kun je niet groeien”, legt ze uit. “Je groeit juist door het schuren, doordat het niet vloeiend verloopt. Zo vind je manieren om met het leven om te gaan.” Ze vervolgt: “Je kunt alleen maar opvoeden vanuit de plek waar je zelf bent in je ontwikkeling. En het helpt om daar met compassie naar te kijken, zonder te veel oordeel.”
Perfecte ouders bestaan niet.
Wat daarbij helpt is het besef dat patronen vaak van generatie op generatie worden doorgegeven. Ook al zijn we nog zo van plan om het anders te doen met onze eigen kinderen, toch herhalen we dikwijls de gewoonten van onze ouders. Om vrede te sluiten met de opvoeding die we van onze ouders ontvingen, gaf Thich Nhat Hanh vaak een meditatie waarbij we onze ouders als vijfjarige zien. Het inzicht dat onze ouders zelf kwetsbare kinderen zijn geweest, verzacht onze blik. Zo kunnen we mogelijk ook milder kijken naar onze eigen worstelingen als opvoeder.
Er gaat niks mis
Zakt de moed jou ook wel eens in de schoenen, omdat je al zolang in de weer lijkt te zijn met deze innerlijke processen? Dan heeft Wim Heusinkveld tot slot nog een fijne relativering. De onjuiste zelfbeelden die we als kind opdoen, kunnen inderdaad lang met ons meereizen, stelt hij. Soms wel een leven lang! “Maar misschien is dát wel de reden waarom we leven. Het afleggen van de weg om bij dat juiste zelfbeeld te komen. Als je daar een leven lang mee bezig bent, heb je wat mij betreft verrekt zinvol geleefd!”
Herkennen en erkennen van wat er in je leeft, daar gaat het om. Door het helen van je innerlijk kind ga je je lichter voelen, zegt Thay Phap An. Dus met dapper door die modderige processen heengaan, is niks mis. Wim en Ida hebben daar zelfs een gevleugelde uitspraak voor. “Geeft niks, hoor!” zeggen ze regelmatig tegen elkaar en in retraites. Ook ik laat het kind in mij weten dat het niet erg is om spanning te ervaren bij deze nieuwe stap als freelancer. Dat ze helemaal ok is en blijft, hoe een artikel ook landt in de buitenwereld. En ik bedank haar, omdat ze me helpt om te groeien in compassie en in zelfliefde.
Laura Vegter, socioloog, schrijver, freelance journalist